Zwanger: wat je wilt weten

Van de eerste weken tot echo’s, voeding, werk en signalen om op te letten.

Trimester-overzicht

  • Eerste trimester (0–12 w): organen ontwikkelen; misselijkheid komt vaak voor. Foliumzuur tot 10–12 weken.
  • Tweede trimester (13–27 w): meer energie, groei buik; 20‑wekenecho.
  • Derde trimester (28–40 w): zwaarder, voorbereiden op geboorte; let op kindsbewegingen.

Eerste weken

  • Tekenen: misselijkheid, gevoelige borsten, moeheid, vaker plassen.
  • Testen: test vanaf je gemiste menstruatie; ochtendurine kan duidelijker zijn.
  • Uitgerekende datum: tel 40 weken (280 dagen) vanaf de eerste dag van je laatste menstruatie.

Prenatale zorg in NL

  • Intake verloskundige: rond 7–10 weken; bespreking gezondheid en planning.
  • Echo’s: 13‑wekenecho (structureel), 20‑wekenecho; soms vroege vitaliteitsecho.
  • NIPT: screening op chromosomale afwijkingen; vrijwillig – kies wat bij je past.
  • Controleschema: regelmatige controles van bloeddruk, groei en welzijn.

Voeding & gewicht

  • Voeding: gevarieerd, voldoende eiwit/ijzer/jodium; foliumzuur (tot 10–12 w) en evt. vit. D volgens advies (supplementen).
  • Gewichtstoename: hangt af van begin‑BMI; bespreek richtlijn met je verloskundige.
  • Veilig eten: vermijd rauw vlees/vis, rauwmelkse kazen; was groente/fruit goed.

Beweging, werk, reizen, seksualiteit

  • Beweging: blijf matig actief; luister naar je lichaam. Vermijd contactsporten en diepe buikoefeningen later in de zwangerschap.
  • Werk & rechten: bespreek aanpassingen (tillen, nachtwerk, staand werk) en ken je verlofrechten.
  • Reizen: vliegrestricties per maatschappij/zwangerschapsduur; beweeg en drink voldoende (DVT‑preventie). Autogordel: heupgordel onder je buik, diagonaal naast de buik.
  • Hoogte/duiken: hoge bergsport/duiken wordt afgeraden.
  • Seksualiteit: meestal veilig; bij bloedverlies/pijn of risico op vroeggeboorte: overleg.

Slaaphouding, bekkenbodem & mondzorg

  • Slaaphouding: na 28 weken liever niet plat op de rug; zijlig (bijv. links) is comfortabel en veilig.
  • Bekkenbodem: lichte oefeningen kunnen helpen bij klachten en herstel.
  • Mondzorg: laat tandvleesproblemen behandelen; een tandartsbezoek is doorgaans veilig.

Medicijnen, vaccins & testen

  • Medicijnen: check altijd bij Lareb of je zorgverlener. Paracetamol kan, NSAID’s later in zwangerschap vermijden. Bij reflux/allergie: overleg geschikte middelen.
  • Vaccins: griep en 22‑wekenprik (pertussis) worden geadviseerd binnen NL‑richtlijnen. COVID‑19: volg RIVM‑advies.
  • Rhesus‑factor: bij Rhesus D negatief kan anti‑D rond 30 weken nodig zijn; je zorgverlener plant dit.
  • GBS: beleid verschilt; bij risicofactoren kan antibiotica tijdens de bevalling nodig zijn.
  • GDM: suikertest/OGTT bij risicogroepen of klachten; leefstijl/behandeling in overleg.
Twijfel over een medicijn of vaccin? Raadpleeg Lareb (medicijnveiligheid) en het RIVM voor actuele vaccininformatie.

Waarschuwingssignalen

  • Minder of geen kindsbewegingen na 28 weken: bel direct.
  • Pre‑eclampsie: hevige hoofdpijn, sterretjes zien, misselijkheid, pijn bovenbuik, plots oedeem: bel dezelfde dag.
  • Cholestase: jeuk aan handpalmen/voetzolen, vooral ’s nachts: overleg.
  • Vroegtijdig vruchtwaterverlies, regelmatige harde buiken vóór 37 weken, of bloedverlies: bel nu.
  • Hevige eenzijdige buikpijn (met bloedverlies): bel.

Kindsbewegingen

Vanaf ~28 weken voel je vaak dagelijkse bewegingen. Kies momenten waarop je baby normaal actief is en ga rustig zitten of liggen op je zij.

  • Tellen: 10 bewegingen binnen 2 uur is geruststellend. Twijfel? Bel je verloskundige.
  • Gebruik de kick counter om te tellen.

Infecties & blootstelling

  • CMV/parvo B19: goede handhygiëne, let op blootstelling aan jonge kinderen.
  • Toxoplasmose: kattenbak vermijden, handschoenen bij tuinieren, vlees goed doorbakken.
  • Listeria: koelverse gerookte vis vermijden tenzij door en door verhit; zie voedselveiligheid.
  • Varicella/rubella: bij contact en twijfel: neem contact op.
  • Hete baden/sauna, agressieve chemicaliën en oplosmiddelen: liever vermijden; verf/haar verven in geventileerde ruimte en volgens instructie.

Zwangerschap met verhoogd risico

Een zwangerschap met verhoogd risico betekent dat er een grotere kans is op complicaties voor moeder of baby. Dit vereist extra zorg en monitoring, maar met goede begeleiding verloopt de zwangerschap vaak goed.

Wat maakt een zwangerschap hoog risico?

  • Leeftijd: Jonger dan 17 of ouder dan 35 (vooral 40+)
  • BMI: Onder 18,5 of boven 30
  • Meerdere baby's: Tweeling, drieling of meer
  • Eerdere complicaties: Pre-eclampsie, HELLP, vroeggeboorte, miskramen, doodgeboorte
  • Chronische aandoeningen: Hypertensie, diabetes, auto-immuunziektes, nierziektes, hartziektes
  • Medicatie: Antistolling, epilepsiemedicatie, psychofarmaca
  • Infecties: HIV, hepatitis, actieve infecties
  • Uterusafwijkingen: Myomen, septum, bicorne uterus
  • Placenta-problemen: Placenta praevia, loslating, accreta
  • Groeivertraging baby: IUGR (intra-uterine growth restriction)

Tweeling en meerlingen

Verhoogde risico's:

  • Vroeggeboorte (60% vóór 37 weken bij tweeling)
  • Laag geboortegewicht
  • Pre-eclampsie, zwangerschapsdiabetes
  • Meer misselijkheid, vermoeidheid eerste trimester
  • Anemie (bloedarmoede)
  • Twin-to-twin transfusion syndrome (bij monochoriaal-diamnioot)

Extra zorg:

  • Frequentere echo's (elke 2–4 weken vanaf 16 weken)
  • Monitoring groei, vruchtwater, bloedflow
  • Vroegere bevalling (vaak inleiding 37–38 weken, of keizersnede)
  • Extra voeding (meer calorieën, ijzer, foliumzuur)
  • Zorg door gynaecoloog (niet verloskundige)

Hoge leeftijd (35+)

Verhoogde risico's:

  • Chromosomale afwijkingen (Down, Edwards, Patau)
  • Miskraam (20% bij 35 jaar, 40% bij 42 jaar)
  • Zwangerschapsdiabetes, pre-eclampsie, placenta praevia
  • Vroeggeboorte, laag geboortegewicht
  • Hogere kans op keizersnede

Extra zorg:

  • NIPT of vlokkentest/vruchtwaterpunctie aangeboden
  • Glucosetest (zwangerschapsdiabetes screening)
  • Frequentere bloeddrukcontroles
  • Groei-echo's bij indicatie

Belangrijk: De meeste zwangerschappen bij 35+ verlopen goed. Risico's zijn verhoogd, maar absolute kansen op problemen zijn nog steeds laag.

Hypertensie (hoge bloeddruk)

Types:

  • Chronische hypertensie: Hoge bloeddruk vóór zwangerschap
  • Zwangerschapshypertensie: Ontstaat na 20 weken, verdwijnt na bevalling
  • Pre-eclampsie: Hypertensie + eiwit in urine; ernstige complicatie

Extra zorg:

  • Frequente bloeddrukmetingen (thuis + bij verloskundige/gynaecoloog)
  • Urinecontroles (eiwit)
  • Bloedonderzoek (nier-/leverfunctie, bloedplaatjes)
  • Groei-echo's (placenta kan minder goed werken)
  • Medicatie (methyldopa, labetalol) indien nodig
  • Vroegere bevalling mogelijk (34–37 weken bij ernstige pre-eclampsie)
  • Aspirine preventief vanaf 12 weken (bij geschiedenis pre-eclampsie)

Alarmtekenen pre-eclampsie: Hoofdpijn, visusstoornissen, pijn bovenbuik, braken, plots oedeem – bel direct

Diabetes

Type 1 of 2 diabetes:

  • Strak reguleren bloedsuiker vóór en tijdens zwangerschap (HbA1c < 53 mmol/mol bij conceptie)
  • Verhoogd risico: aangeboren afwijkingen, macrosomie (grote baby), vroeggeboorte, pre-eclampsie
  • Extra zorg: frequente echo's, internist/diabetesverpleegkundige, aanpassing insuline

Zwangerschapsdiabetes (GDM):

  • Ontstaat tijdens zwangerschap (8–10% van zwangerschappen)
  • Screening: glucosetest 24–28 weken (of vroeger bij risicofactoren)
  • Risicofactoren: BMI > 30, familie met diabetes, eerdere GDM, eerder kind > 4,5 kg, PCOS
  • Behandeling: dieet (koolhydraten spreiden), bewegen, soms insuline
  • Extra echo's groei baby, bevalling vaak rond 38–40 weken
  • Na bevalling: GDM verdwijnt meestal; verhoogd risico diabetes type 2 later

Auto-immuunziekten

Voorbeelden: Lupus (SLE), antifosfolipidensyndroom (APS), reumatoïde artritis, Sjögren, scleroderma

Risico's:

  • Miskraam, doodgeboorte (vooral APS)
  • Groeivertraging, vroeggeboorte
  • Pre-eclampsie
  • Ziekteactiviteit kan toe- of afnemen tijdens zwangerschap

Extra zorg:

  • Zwangerschap plannen tijdens remissie (lage ziekteactiviteit)
  • Multidisciplinair team (gynaecoloog, reumatoloog/internist)
  • Medicatie aanpassen (sommige zijn teratogeen)
  • Antistolling (aspirine, heparine) bij APS
  • Frequente controles: bloeddruk, ureum, groei baby

Schildklierprobleem

Hypothyreoïdie (te weinig): Verhoogd risico miskraam, pre-eclampsie; behandeling met thyroxine

Hyperthyreoïdie (te veel): Verhoogd risico vroeggeboorte, groeivertraging; behandeling met thyreostatica (propylthiouracil voorkeur)

Extra zorg: Frequente bloedcontroles, aanpassing medicatie

Trombofilie (stollingsprobleem)

Wat: Verhoogde kans op trombose (bloedpropjes)

Risico's: Diepe veneuze trombose (DVT), longembolie, miskraam, doodgeboorte, placenta-afwijkingen

Extra zorg: Antistolling (LMWH-injecties) tijdens zwangerschap + 6 weken na bevalling

Eerdere keizersnede

Risico's:

  • Uterusruptuur (scheuren litteken) bij VBAC (~0,5–1%)
  • Placenta praevia / accreta (placenta groeit op litteken)

Extra zorg:

  • Bespreking VBAC vs. geplande keizersnede
  • Echo ligging placenta (20 weken + herhaling bij praevia)
  • Zie Volgende zwangerschap

Groeivertraging baby (IUGR/SGA)

Wat: Baby groeit onder verwachting (< 10e percentiel)

Oorzaken: Placenta-problemen, hypertensie, roken, infecties, chromosomale afwijkingen

Extra zorg:

  • Frequente groei-echo's (elke 2–4 weken)
  • Doppler-onderzoek (bloedflow navelstreng, hersenen baby)
  • CTG-controles (hartslag baby)
  • Vroegere bevalling indien nodig (balans: rijpheid vs. risico intra-uterien)

Mentale gezondheid

Depressie, angst, PTSS, bipolaire stoornis, schizofrenie kunnen zwangerschap compliceren:

  • Risico's: Verhoogde kans op vroeggeboorte, laag geboortegewicht, postpartum depressie
  • Medicatie: Sommige psychofarmaca zijn veilig (SSRI's vaak), andere niet (lithium, valproaat); bespreek met psychiater vóór zwangerschap
  • Extra zorg: Frequente controles psychiater/POH-GGZ, verlengde kraamzorg, preventieprogramma PPD
  • Zie Mentale gezondheid

Cervixinsufficiëntie

Wat: Baarmoederhals opent te vroeg (zonder weeën), verhoogd risico late miskraam/vroeggeboorte

Risicofactoren: Eerdere late miskraam, vroeggeboorte, conisatie (behandeling baarmoederhals)

Extra zorg:

  • Cervixmeting via echo (vanaf 16 weken, elke 2 weken)
  • Cerclage (hechting baarmoederhals) bij indicatie
  • Progesteron (suppositoria) preventief

Tips bij zwangerschap met verhoogd risico

  • Informatie: Vraag uitleg over je specifieke situatie en risico's
  • Team: Multidisciplinaire zorg (gynaecoloog, specialist, verloskundige)
  • Communicatie: Stel vragen, bespreek zorgen, wees eerlijk over symptomen
  • Ondersteuning: Lotgenotengroepen, online communities, psycholoog
  • Zelfzorg: Extra belangrijk – rust, gezonde voeding, stress verminderen
  • Flexibiliteit: Plannen kunnen wijzigen (vroegere bevalling, keizersnede); blijf flexibel
  • Perspectief: Verhoogd risico betekent niet automatisch complicaties. Goede begeleiding verbetert de uitkomsten aanzienlijk

Mentaal & veiligheid

  • Stemming/angst: aanhoudende somberheid, plezierverlies, paniek of nare herbelevingen: bespreek met je verloskundige/huisarts.
  • Middelen: geen alcohol/drugs; hulp bij stoppen is beschikbaar – vraag ernaar.
  • Onveilig thuis? Deel je zorgen met je zorgverlener voor een veiligheidsplan en steun.